Meloenpeer (Solanum muricatum)
Familie: Nachtschadefamilie(Solanaceae). Daartoe behoren ook:
aardappel, aubergine, goudbes, paprika, tabak en tomaat. De vruchten van meloenpeer smaken naar rijpe meloen en peer. Een neefje van de meloenpeer is Solanum caripense. Die vormt kleinere vruchten (mini meloenpeer).
Vruchtwisseling: Vier jaar bij teelt in de volle grond. Teelt in grote pottenis goed mogelijk, maar ververs dan elk jaar de grond. Gebruik luchtige, goed drainerende grond van goede kwaliteit, voorzien van bemesting voor 60 tot 90 dagen. (vermeld op verpakking)
Groeiwijze: Meloenpeer is een overblijvende, niet winterharde plant en gemakkelijk te stekken. Zaaien kan ook, maar soms smaken de vruchten dan minder zoet. Gestekte planten zijn afkomstig van planten met zoet smakende vruchten.
Jonge planten hebben warmte nodig. Uitplanten in de volle grond kan pas als de nachttemperatuur minimaal tien graden is. Kas of tunnel beschermen in het voorjaar tegen kou. Naderhand kunnen in kuipen geplaatste planten naar buiten in de volle zon. Zo’n kuip kan ook op een terras staan. Geef in kas of tunnel voorzichtig water op de grond, zodat de planten zelf droog blijven. Giet regelmatig, maar overdrijf niet.
Elke volgroeide plant neemt een vierkante meter in beslag. Als een meloenpeer niet gesnoeid wordt, zal die eindeloos vertakken. Dat gaat ten koste van de vruchtvorming. Snoei daarom tijdens de groeiperiode zo, dat een losse open kroon ontstaat.
Gesnoeide takken zijn makkelijk te stekken. Een goed gesnoeide plant geeft minder, maar wel grotere vruchten. Rijpe vruchten zijn geel met licht paarse strepen.
Meloenpeerplanten verlangen een goed drainerende grond, die niet te nat is. Te rijke stikstofbemesting levert veel blad en weinig bloei. Dus heeft plantenvoeding vooral fosfor en kalium.
Groeiende planten hebben steun nodig. Als de vruchten in gewicht toenemen, is aanbinden noodzakelijk.
Overwinteren: Een meloenpeerplant is overblijvend. Voordat in het najaar de kou komt, kunnen de planten in potten naar binnen. Daar mag het niet kouder zijn dan tien graden. De planten hebben baat bij veel licht en krijgen weinig water. Als in het voorjaar de planten gaan groeien, krijgen ze iets meer water. In het groeiseizoen gestekte, jonge planten overwinteren makkelijker dan grote moederplanten.
Gebruik: Meloenperen kun je gewoon eten, (roer)bakken, gebruiken bij ijs,
yoghurt, vla of verwerken tot jam.
Het zijn gezonde vruchten, die veel vitamine C bevatten.
Copyright @ jeugrubbenhof